Prinsjesdag 2021: Extra middelen voor aanpak huiselijk geweld en kindermishandeling
Het demissionaire kabinet heeft extra middelen beschikbaar gesteld voor de aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling (HGKM) in 2022.
Binnen deze extra middelen is ruimte voor een (afgeslankte) landelijke ondersteuning, zodat de wisselwerking tussen regionale en landelijke inzet van de afgelopen jaren zoals ingezet door het programma Geweld Hoort Nergens Thuis (GHNT) intact blijft en de borging van datgene wat al bereikt is, wordt versterkt. Daarnaast wordt de functie van regionaal projectleider voor de aanpak van HGKM in 2022 voortgezet.
Regionale aanpak is cruciaal
De inzet (landelijk, regionaal en lokaal) van de afgelopen vier jaar heeft een belangrijke verbetering gebracht in de aanpak, maar is niet genoeg als het gaat om het structureel borgen van de effectieve aanpak van HGKM. Zowel de regio’s als de partnerorganisaties geven dat aan.
De regionale aanpak is daarin cruciaal gebleken. Daarom is het zo belangrijk dat de regionaal projectleider GHNT als spin in het web zijn rol kan voortzetten. In combinatie met het landelijke GHNT-programmateam - dat zorgt voor verbinding, kennisdeling, maar ook samen met de regio’s initiatieven uitwerkt en ondersteunt - zijn de regionale projectleiders van onschatbare waarde.
Toekomstscenario
Eerder dit jaar is het ‘Toekomstscenario Kind- en gezinsbescherming’ in consultatie gegaan. Op dit moment worden de contouren van dit nieuwe programma uitgewerkt en wordt gewerkt aan de verbinding van de prioritaire thema’s uit het programma GHNT met dit programma. Zo behouden we wat is bereikt en bouwen we met elkaar verder op vier jaar regionale en landelijke aanpak HGKM.
Meer over het Toekomstscenario kind- en gezinsbescherming
Een lange adem
De aanpak van huiselijk geweld en kindermishandeling is een kwestie van lange adem. Dat weten slachtoffers, daders en ex-plegers die vaak pas na lange tijd de moed vinden om de drempel te overwinnen en hulp te zoeken, dat zeggen alle ketenpartners en professionals uit het zorg- en veiligheidsdomein en dat blijkt uit recent onderzoek van het Verwey-Jonker Instituut.
Meer over het onderzoek: Kan huiselijk geweld en kindermishandeling echt stoppen?
De activiteiten van het programma Geweld hoort nergens thuis (GHNT) zijn erop gericht om deze aanpak te versterken. In de afgelopen vier jaar zetten 28 regio’s samen met het landelijk programmateam GHNT en organisaties zoals die uit het Netwerk Zorg-Straf belangrijke stappen op weg naar het eerder en beter in beeld brengen van huiselijk geweld en kindermishandeling en het stoppen en duurzaam oplossen ervan.