Het verhaal van Anja: "Ze wilde zo graag kind zijn"

Anja is gz-psycholoog bij Pro Persona Jeugd, in het kader van de Week tegen Kindermishandeling deelt zij haar verhaal over Anja.

Er stond een spelobservatie in mijn agenda gepland. Met een vijfjarig meisje, dat mogelijk seksueel was misbruikt. Er was aangifte gedaan, en tijdens het gesprek met de zedenrechercheurs was ze dichtgeklapt. Ze wilde niets meer zeggen. Met een spelobservatie hoopte ik meer zicht te krijgen op haar belevingen en functioneren. 

Ik liep naar de wachtkamer en daar zat Carlijn. Een klein, tenger meisje met een bleek gezichtje, naast haar oma die haar deze eerste keer bracht. Na een slap handje liep ze zonder moeite met mij mee naar de spelkamer. Ze ging op een stoeltje zitten en keek naar het speelgoed om haar heen. Ze was afwachtend, ging niet op onderzoek uit. Haar schoudertjes waren opgetrokken en ze was op haar hoede. Haar oogjes hielden mij goed in de gaten. 

Ik vertelde haar dat hier veel kinderen komen, die weleens boos, bang of verdrietig zijn. En dat we dan kijken hoe ze zich weer een beetje fijner kunnen gaan voelen. Carlijn luisterde aandachtig. Ze vertelde dat ze zich fijn voelde op school en een lieve juf had. Ze vond het niet fijn dat ze vaak eng droomde. Over een spin die haar bijt, of over papa. Toen stopte ze met praten. Ze werd onrustig en stond op van haar stoeltje. 

Ze liep naar het keukentje. Het viel me op dat ze moeilijk liep, met haar beentjes uit elkaar. Toen zag ik wat daarvan de reden was. Haar hele broek was nat geplast, zelfs haar sokjes waren nat. Ook rook ze naar ontlasting. Ze had alles laten lopen en stond daar als een verzopen katje in de spelkamer. Ze gaf aan dat die natte broek niet fijn voelde. Maar ze wilde toch nog heel graag met het keukentje spelen. Ik zei tegen Carlijn dat ik het heel vervelend voor haar vond dat dit gebeurde. Samen gingen we naar haar oma en maakten we een nieuwe afspraak. Dan zou ze met een droge broek lekker kunnen gaan spelen.

Haar schoudertjes waren opgetrokken en ze was op haar hoede. Haar oogjes hielden mij goed in de gaten.

Dit moment zie ik nog weleens voor me. Zo schrijnend, wat een kwetsbaarheid en een eenzaam hoopje ellende. Een meisje dat zo graag kind wil zijn, maar zoveel ballast met zich meedraagt die helemaal niet past bij een vijfjarige. Die ze nauwelijks kan dragen, en ervoor zorgt dat ze op deze manier haar pijn en spanning weergeeft.

Wat Carlijn op dat moment liet zien, was voor mij veelzeggend. Dit meisje had al zoveel meegemaakt, en kon al die spanning en stress alleen op deze manier uiten. Ik zie dit meer bij jonge kinderen, die vaak niet de woorden hebben om zich goed te uiten. Ze verstarren en durven weinig te zeggen. Maar non verbaal gebeurt er van alles.

Vaak is niet het belangrijkste wat een kind zegt, maar hoe het iets zegt. Een kind krijgt rode wangetjes of wordt onrustig. Blijkbaar geeft het gesprek of de omgeving dan spanning. Juist bij jonge kinderen vind ik het ontzettend belangrijk dat we daar alert op zijn en aandacht aan geven. Dat we goed kijken naar wat ze ons met hun lichaamstaal vertellen en in hun spel laten zien.

Vaak is niet het belangrijkste wat een kind zegt, maar hoe het iets zegt. Een kind krijgt rode wangetjes of wordt onrustig.

De week erna kwam Carlijn terug, en sindsdien zie ik haar wekelijks. Na verloop van tijd merkte ik dat Carlijn het leuk begon te vinden. Ze maakte tekeningen die ze voor me meenam. Haar vertrouwen groeide. Ze begon meer te vertellen over de dingen die ze had meegemaakt en waar ze nog aan moest denken. Dat haar vaak pijn was gedaan bij haar plassertje en billetjes. Het was een opluchting voor haar dat ze haar geheim niet langer voor zich hoefde te houden.

Deze kinderen dragen veel leed met zich mee, maar er zijn altijd lichtpuntjes. Daar haal ik kracht uit: we kunnen kinderen een stukje op weg helpen. Met Carlijn ben ik met EMDR en speltherapie gestart, en dat doet ze erg goed.

Ik vind het een bijzonder en intens proces om een kind hierbij te mogen helpen en begeleiden. Carlijn durft haar boosheid en verdriet inmiddels meer te uiten, wat ik erg positief vind. Ik zie ook een meisje dat weer kan lachen. Ik hoor het als ze in de wachtkamer zit. Ze schatert, daagt haar broertje uit, doet spelletjes met haar moeder. Ze is weer een kind en niet meer dat bange vogeltje van de eerste keer.

Dit verhaal is tijdens een vorige editie van de Week tegen Kindermishandeling gepubliceerd.